Logo-logica: hoe (goed) werkt de Nutri-Score?

In de supermarktjungle zijn ongezonde keuzes snel gemaakt. Het voedingskeuzelogo Nutri-Score zou ons moeten helpen beslissen welke potjes en zakjes we met een goed geweten in ons winkelwagentje kunnen gooien. Maar wijst die score ons echt de juiste weg?

Een eerdere versie van dit artikel verscheen begin 2023 in Quest (editie 2). Eind 2022 sprak ik met de hieronder genoemde geïnterviewden, en won informatie in bij betrokkenen binnen de Gezondheidsraad. Voor deze versie op mijn eigen website heb ik enkele aanpassingen gedaan, zodat het artikel aansluit bij de actuele stand van zaken per juli 2023. 

Foto bovenaan de pagina: Sarina, via Flickr.

In april 2022 ging Tv-programma Radar de straat op met een pak ‘Vol vezel’-ontbijtgranen en een pak Chococrisp. Ze stelden voorbijgangers een ogenschijnlijk simpele vraag: welke van deze twee is gezonder als ontbijt? Die met vezels, zou je denken. Maar niet volgens de Nutri-Score: het pak met chocolade kreeg de beste A-score A, die met vezels een B. Een ander opvallend voorbeeld was dat vissticks beter scoorden dan zalm. Dat is bijzonder als je je bedenkt dat het Voedingscentrum ons aanraadt wekelijks vooral vette vis te eten. Zalm valt daaronder, gepaneerde stukjes witvis niet.

In Nederland bakkeleien politici en voedingsexperts al een aantal jaar over invoering van de Nutri-score als hét voedingskeuzelogo op supermarktproducten. Het idee is dat we dan in één oogopslag kunnen zien wat de gezonde keuzes in de schappen zijn, met een logo van vijf kleurtjes die lopen van een diepgroene A tot een knalrode E. Maar er kwam al snel kritiek, omdat het systeem de plank vaak mis sloeg. Vorig jaar zomer kwamen wetenschappers daarom met een verbeterd algoritme, de rekenmethode achter de scores.

In april 2023 hakte Staatssecretaris Maarten van Ooijen de knoop door: Nutri-Score is vanaf 1 januari 2024 hét voedingskeuzelogo in Nederland. Die beslissing verplicht fabrikanten niet om het op verpakkingen te zetten, maar áls ze een logo willen, moeten ze voor Nutri-Score gaan. Daarnaast moet het dan op al hun producten komen. Nu kunnen merken bijvoorbeeld nog heel selectief de A-score wel op de gezonde boontjes zetten, maar de D-score niet op het blikje fruit bomvol extra suiker. Voorstanders als voedselwaakhond Foodwatch vierden feest na die overheidsbeslissing, maar anderen blijven kritisch. Want perfect is het systeem achter het logo nog altijd niet.

Weegschaal

Officieel is Nutri-Score dus nog niet landelijk ingevoerd, maar je hebt het logo vast al gespot. Verschillende supermarkten en fabrikanten werken ermee, sommigen al sinds 2019. Het systeem komt uit Frankrijk, waar de regering in 2017 besloot dat het logo op alle voedingsproducten moest komen. Sindsdien namen verschillende landen het over, waaronder onze zuiderburen. De Nederlandse overheid voelde er ook wel wat voor, maar ging door alle twijfels nog niet overstag.

Veel voedingsexperts zijn het erover eens dat het een goed idee is dat er íets op verpakkingen komt. Want wie gaat in de supermarkt al die ingrediënten- en voedingswaarde-etiketten vergelijken? Daarvoor moet je wel heel toegewijd zijn aan een gezonde leefstijl, en geen haast hebben. En zelfs dan gaat het je misschien duizelen. Dus een simpele vertaling van die etiketinformatie zal niemand slecht uitkomen. Het probleem van de Nutri-Score is volgens de critici dat de berekening áchter die scores niet altijd goed gaat.

De rekenmethode werkt als een soort weegschaal, vertelt Wieke van der Vossen, expert voedingsetikettering bij het Voedingscentrum. ‘Aan de ene kant heb je positieve punten als vezels en groente, aan de andere kant negatieve punten als zout en suiker. Dat wordt tegen elkaar afgewogen en daar komt een eindoordeel uit.’ In theorie klinkt dat logisch, maar in de praktijk kunnen er gekke resultaten uit die ‘weegschaal’ rollen. Ligt er bijvoorbeeld al een lading positieve gewichtjes aan de ene kant, dan kun je best een paar negatieve gewichtjes toevoegen zonder dat dat veel effect heeft op de balans. Neem blikgroente: alle erwtjes of boontjes in zo’n blikje leggen stuk voor stuk positief gewicht in de schaal. ‘Daardoor kan blikgroente met veel zout er nog steeds heel goed uitkomen. Hetzelfde geldt voor suiker in blikjes fruit’, vertelt van der Vossen.

Een ander kritiekpunt is dat Nutri-Score niet goed aansluit bij de Schijf van Vijf, het lijkt soms zelfs het tegenovergestelde te adviseren. Het gaat bijvoorbeeld vaak mis bij vette producten, zoals vis en bakolie. Dat komt doordat het systeem veel minpunten geeft voor verzadigd vet en calorieën, maar nuttige voedingsstoffen als onverzadigd vet, vitamines en mineralen niet meeweegt. ‘Zonnebloemolie is bijvoorbeeld rijk aan onverzadigd vet, maar er zit ook wat verzadigd vet in en relatief veel calorieën per 100 gram. En dat telt in het algoritme best zwaar.’ Kaas heeft hetzelfde probleem: zelfs minder vette soorten scoren hooguit een C, terwijl ook kaas in de Schijf van Vijf staat.

Die verschillen zul je nooit helemaal eruit kunnen poetsen. De Schijf van Vijf heeft een totaal andere insteek, zegt van der Vossen. ‘Dat gaat over het hele voedingspatroon en over variatie in wat je eet. Nutri-Score kijkt alleen naar de samenstelling van een product. Minder zout of vet is natuurlijk beter, maar dat maakt een product nog niet gezond. Andersom kan een voedingsmiddel ondanks minpunten toch positieve gezondheidseffecten hebben, bijvoorbeeld vanwege onverzadigd vet.’

Hoe krijgt een product een Nutri-score?

Het systeem kijkt naar de samenstelling van een product en weegt alle gezonde en ongezonde voedingsstoffen tegen elkaar op. Om het ingewikkeld te maken, leveren ongezonde stoffen pluspunten op en gezonde stoffen minpunten. Daar komt dan een totaalscore uit, waarbij dus geldt: hoe hoger de score, hoe ongezonder. Die score vertaalt zich naar vijf letter-categorieën:  A is het meest gezond, E het minst.

Ongezonde voedingsstoffen die meewegen:

  • Energiegehalte (calorieën)
  • Suikers
  • Verzadigd vet
  • Zout

Gezonde voedingsstoffen die meewegen:

  • Eiwit
  • Vezels
  • Fruit
  • Groente
  • Peulvruchten

Nutri-Score is bedoeld om producten binnen dezelfde groep met elkaar te vergelijken. Dus als op een pizzadoos een A of B prijkt, betekent dat niet dat je daarmee een gezond avondmaaltje te pakken hebt, maar dat het de minst ongezonde pizza is.

 

Maaltijdpakketten

Een wetenschappelijke commissie van internationale onderzoekers, ook uit Nederland, ging afgelopen zomer terug naar de tekentafel en presenteerde een nieuw algoritme voor Nutri-Score. Die nieuwe rekenmethode werkt inderdaad beter als het gaat om ongezonde producten, oordeelde de Gezondheidsraad eind november. Eerst konden sauzen, koeken, gebak en allerlei snacks onterecht een redelijk hoge score krijgen, nu krijgen ze duidelijk een dikke, rode E. Dat komt doordat zout en suiker meer gewicht hebben gekregen aan de negatieve kant van de weegschaal.
Maar aan de positieve kant gaat het nog steeds vaak mis. Witte rijst en pasta krijgen bijvoorbeeld dezelfde score als zilvervliesrijst en volkoren pasta, terwijl die laatsten voedzamer zijn. Producten met goede, onverzadigde vetten scoren al iets beter, maar zitten met een C volgens de Raad nog steeds vaak onterecht in de oranje zone. En bij blikjes groente en fruit blijft ruimte om suiker en zout toe te voegen zonder negatief effect op de score.

Ook een doorn in het oog van de Gezondheidsraad: de maaltijdpakketten. Op die verpakkingen lees je vaak receptsuggesties als ‘voeg 300 gram gehakt en een zak Italiaanse groentemix toe’. Al die genoemde ingrediënten mogen fabrikanten meenemen in hun berekening van de Nutri-Score, maar misschien besluit jij thuis wel om alle groente weg te laten en extra gehakt in de pan te mikken. Het zou logischer zijn om de score te baseren op de ingrediënten die daadwerkelijk in het pakje zitten, waarvan zout vaak een belangrijk onderdeel is.

Niet kijken, niet kopen

Voorstanders van Nutri-Score verwachten dat dit logo mensen gaat helpen gezonde keuzes te maken, ondanks de kinderziektes die er nog steeds in zitten. Het kan mensen aanspreken die je niet bereikt met voorlichting over de Schijf van Vijf, oppert ook de Gezondheidsraad in het evaluatierapport: ‘Nutri-Score is een intuïtief en visueel krachtig logo dat al bekendheid heeft doordat het logo al op tal van producten staat’.

Het is dus begrijpelijk, maar verandert het ook ons koopgedrag? In 2020 plakten Franse onderzoekers van onder meer Toulouse School of Economics labeltjes op meer dan 1200 voedingswaren in 60 supermarkten. Vervolgens analyseerden ze de winkelwagentjes in deze winkels en in winkels zonder die extra labels. Het effect van de logo’s bleek in de alledaagse winkelpraktijk minimaal, 17 keer kleiner dan in eerdere studies in het lab. Van de vier logo’s die ze testten kwam Nutri-Score wel het beste uit de bus, maar alleen bij producten met een groene A of B. Daarvan ging de verkoop met 14 procent omhoog. Mensen zijn dus blijkbaar wel ervoor te porren om iets meer gezonde producten te kopen, maar een slechte score weerhoudt niemand ervan om pizza’s en chips mee te snaaien.

‘De meeste mensen kijken niet eens naar het etiket’, zegt ook Annet Roodenburg, lector Voeding & Gezondheid aan HAS Green Academy. ‘Ook als er een Nutri-Score op staat zal een groot deel het kopen zonder daarnaar te kijken.’ En toch kun je hen via zo’n voedingslogo helpen gezonder te eten. Want zij malen zelf misschien niet om dat logo, maar de fabrikant wél. Die wil graag een zo hoog mogelijke score op zijn etiket zien staan. Roodenburg: ‘Voedingsmiddelenfabrikanten gaan dan hun best doen om beter te scoren, door minder zout of suiker toe te voegen. Nu valt 80 procent van wat er in de supermarkt te koop is buiten de Schijf van Vijf. Als al die producten een beetje minder ongezond worden, kun je daar veel mee winnen.’ Maar, voegt ze eraan toe, dan moet het systeem wel goed werken. En dat doet Nutri-Score ook met het nieuwe algoritme nog niet wat haar betreft.

Toen ik Roodenburg in december interviewde, sprak ze daarom de hoop uit dat het Ministerie zou wachten met invoeren van de Nutri-Score. Ook voor het Voedingscentrum is het belangrijk dat het logo nog beter gaat aansluiten bij de Schijf van Vijf, benadrukte Van der Vossen in die periode. ‘Dat blijft de kern van gezondheidsvoorlichting in Nederland. Dit systeem kan een goede aanvulling zijn, maar moet dan geen verwarring zaaien. Het moet logisch zijn.’ Ook dat is een standpunt waar het Voedingscentrum nog steeds achter staat, blijkt uit hun officiële reactie op het nieuws dat de Nutri-Score per 1 januari 2024 wordt ingevoerd. Het Ministerie erkent dat het algoritme nog steeds gebreken heeft en hoopt daar nog verbeteringen in te zien, maar ziet het intussen als een mooi extraatje naast de adviezen uit de Schijf van Vijf. Zoals staatssecretaris Van Ooijen het samenvat: “Elke dag diepvriespizza is niet gezond. Maar als je het wel een keer eet, kan Nutri-Score je helpen om de pizza uit te zoeken met de betere samenstelling.”

 

Sleutelgaten en stoplichten

Nutri-Score is niet het enige voedselkeuzelogo dat in Europa op verpakkingen te vinden is. Dus als je in Nederland ook een standaard logo wilt, bij welke haak je dan aan? Het RIVM en Voedingscentrum vergeleken in 2019 drie logo’s: het Franse Nutri-Score, het Scandinavische Keyhole en het Britse Multiple traffic light. Wat zijn de verschillen?

Nutri-Score: heeft vijf schalen, die lopen van groen naar rood. Welk kleurtje en bijbehorende letter een product krijgt, ligt aan de balans tussen positieve en negatieve voedingsstoffen.

Keyhole: een logo in de vorm van een groen rondje met daarbinnen een wit sleutelgat. Gradaties zijn er niet, een product krijgt het logo of niet. Je kunt gezonde producten dus aan zo’n logo herkennen, maar ongezondere producten kun je niet met elkaar vergelijken om de ‘beste van de kwaden’ te kiezen.

Multiple traffic light: de ongezonde voedingsstoffen vet, suiker en zout krijgen ieder apart een stoplichtkleur. Het geeft dus meer details over de ingrediënten dan de andere twee logo’s, maar niet één totaaloordeel.

In theorie zouden ze alle drie mensen kunnen helpen voedingsmiddelen te rangschikken op gezondheid, was het eindoordeel in het vergelijkingsrapport. Maar intussen rukte vanuit de buurlanden de Nutri-Score op. België voerde het al in 2019 officieel in, Duitsland volgde eind 2020. Dat geeft Nutri-Score een extra voorsprong: als buurlanden allemaal hetzelfde systeem gebruiken heeft dat zo zijn voordelen voor import en export.

 

Doneren

Dit artikel kon je gratis lezen via mijn website. Waardeer je het en wil je dat laten blijken? Je kunt mijn journalistieke werk steunen met een donatie.

Totaal: € -

About the author

error: Content is protected !!